Hol Bastion
Hol bastion bestaande uit flanken en faces (zijkanten) en saillant (punt)
De oorlog tegen Lodewijk XIV, in de jaren zeventig van de 17e eeuw, was de reden om Nieuwpoort op te nemen in de Oude Hollandse Waterlinie.
In 1673 werd op aansporing van Willem lll met de aanleg begonnen van vestingwerken. De versterking werd gedaan in twee fases, op de Nederlandse manier van vestingbouw. De nieuwe vesting kreeg de vorm van een rechthoek doorsneden door de Lekdijk. Op elk van de vier hoekpunten kwam een bastion. Op de punten waar de dijk de omwalling zou doorkruisen kwamen eveneens bastions, maar ruimer opgezet.
De flanken van de bastions kwamen schuin op de aangrenzende courtines en de tenailles die onder aan de courtines kwamen te liggen liepen tot voor de aangrenzende bastionflanken door. Alleen aan de noordkant werden geen tenailles aangelegd.
De wallen en bastions waren geheel van aarde, omgeven door brede grachten. Nadat de tweede fase in 1695 was afgerond was Nieuwpoort uitgegroeid tot een volwaardige vesting. die volgens het verbeterde oud Nederlands stelsel was versterkt. Tot 1816 maakte Nieuwpoort deel uit van de Oude Hollandse Waterlinie.
Faces = naar buiten gerichte schuine zijde van een bastion
Bastion = vijfhoekig aarden of stenen uitbouw van een verdedigingswerk
Courtines = een verbingingswal tussen twee bastions van een vesting
Tenailles = eenvoudige geknikte onderwal